Submenu

Algemene aanbevelingen

Samen met de gemeenten hebben we geïnventariseerd wat een werkende aanpak kan zijn voor plattelandsgemeenten in de warmtetransitie. Hier is het volgende uit naar voren gekomen:

Technische oplossingen: all electric is het meest kansrijk

Grootschalige collectieve oplossingen zijn over het algemeen niet mogelijk op het platteland. Buiten de kernen liggen de gebouwen ver uit elkaar en ook binnen de dorpskernen is er vaak een mix van verschillende type gebouwen. Soms zijn kleinschalige collectieve oplossingen mogelijk in de dorpskernen, maar het blijft maatwerk. De meeste plattelandsgemeenten zien all electric als de meest kansrijke oplossing voor het grootste gedeelte van de gebouwde omgeving.

Participatie en samenwerking: ontzorging is nodig

In de leerkring werd geconcludeerd dat een ontzorgingsaanpak nodig is om bewoners en andere gebouweigenaren in beweging te krijgen om te verduurzamen, zeker als bij hen alleen individuele oplossingen mogelijk zijn. Als je als gemeente dan niet ontzorgt, blijven te veel mensen afwachten. Faciliteer je bewoners gedurende de hele klantreis, met inzet van de sterke gemeenschapszin die in veel plattelandsgemeenten bestaat. Een aantal gemeenten geeft daarbij advies op technisch en financieel vlak. Bijvoorbeeld door energiescans aan te bieden, begeleiding in offertetrajecten en financieel advies over subsidie- en financieringsmogelijkheden.

Een aantal gemeenten gaat nog een stap verder en probeert ook samenwerking te zoeken met (lokale) marktpartijen voor collectieve inkoopacties. Op die manier zijn vraag en aanbod aan elkaar gekoppeld en worden bewoners en gebouweigenaren tijdens de hele klantreis ondersteund en ontzorgd. Dit vraagt wel om een planmatige aanpak met segmentatie per type gebouwen. Zo’n aanpak is vaak eerder gemeentebreed en niet wijkgericht, omdat ook in de dorpskernen veel verschillende typen gebouwen naast elkaar staan. Een en ander vraagt bovendien om een nauwe samenwerking met de netbeheerder om de impact op het net goed in te kunnen schatten en de ontwikkelingen te monitoren.

Regie en organisatie: het blijft maatwerk

Verder werd geconcludeerd dat zoeken naar dé aanpak niet werkt. Eerder behaal je resultaat met meerdere verschillende aanpakken naast elkaar. Zelfs binnen de dorpskernen is maatwerk nodig. Probeer daarbij zoveel mogelijk te zoeken naar kleinschalige coöperatieve samenwerkingen en oplossingen. Sluit aan bij de aanpak van onderop. Veel plattelandsgemeenten zetten eerst in op een gemeentebrede aanpak en dan vooral voor bewoners bij wie sprake is van energiearmoede. De focus ligt hierbij op reductie van de vraag met campagnes die gericht zijn op het stimuleren van isolatiemaatregelen. Faciliteer en informeer over de mogelijke aanpassingen op natuurlijke momenten, zoals bij een verhuizing. Zet daarbij zoveel mogelijk verschillende kanalen in, bijvoorbeeld via makelaars of via dorpsverenigingen.

Maatwerk dus. Dit vergt nogal wat van de gemeentelijke organisatie, terwijl de capaciteit bij plattelandsgemeenten vaak klein is en de interne organisatie er organisatorisch niet goed op is ingericht. Capaciteit en interne organisatie blijven belangrijke aandachtspunten, willen plattelandsgemeenten succesvol zijn in de warmtetransitie.

Uitdagingen en kansen

De aanpak voor de plattelandsgemeenten is al met al op sommige onderdelen een stuk uitdagender dan in stedelijke gebieden. Tegelijk bieden de specifieke kenmerken van het platteland ook extra kansen. Het is belangrijk om met elkaar te blijven verkennen en leren hoe de plattelandsgemeenten invulling kunnen geven aan hun regierol en opschaling en versnelling kunnen realiseren, met oog voor hun eigenheid.

Cookie-instellingen